We zijn deze week gestart met optellen over de brug van 10. Volgende week gaan we aftrekkingen maken.
Deze oefeningen zijn vrij inzichtelijk en horen bij de moeilijkste vaardigheden in het eerste leerjaar. De brugoefeningen zijn heel belangrijk om de stap naar het tweede te maken want daar wordt tot 100 geleerd.Belangrijk is dat de kinderen goed weten welke stappen er gezet worden zonder te tellen.
Voorbeeld : 9 + 6 = 15
Daarvoor maken we eerst 10 ! We splitsen dus 6 in 1 en 5, (daarom is de kennis van het splitsen tot 10 zo belangrijk) en tellen de 1 op bij de 9, zodat we 10 hebben.
Er schiet nog 5 over en deze tellen we op bij de 10.
10 + 5 = 15
Deze 3 stappen zijn belangrijk:
1) 10 maken (9+1)
2) de rest zoeken (5 zoeken door 6 te spitsen in 1 en ...)
3) 10 + de rest (10+5)
Aftrekken over de brug van 10 is gelijkaardig: 14 - 6 = 10 - 2 = 8
1) 10 maken (14-4)
2) de rest zoeken (6 splitsen in 4 en ...)
3) 10 - de rest (10-2)
2) de rest zoeken (5 zoeken door 6 te spitsen in 1 en ...)
3) 10 + de rest (10+5)
Aftrekken over de brug van 10 is gelijkaardig: 14 - 6 = 10 - 2 = 8
1) 10 maken (14-4)
2) de rest zoeken (6 splitsen in 4 en ...)
3) 10 - de rest (10-2)
Hier 7 + 7 = 14. Eerst 10 maken door 3 bij 7 te doen. Dan zijn er nog 4. 10 + 4 = 14
We oefenden al alle dagen al handelend. We werken met de pinguïns, de rekentrein, blokkendoos en eierdozen van 10.
We werken nu nog heel concreet en schematisch, maar het is de bedoeling dat we uiteindelijk al deze stapjes in het hoofd zetten. (zonder te tellen)
Goed kunnen splitsen tot 10 is hierbij heel belangrijk!!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten