Fifi

 Fifi, onze leeshond, heeft puppy's. 

Fifi stond bij het binnenkomen van de klas niet op zijn vertrouwde plekje op het bord. 
Toen we de letters oefenden, wist Leon ons te zeggen dat Fifi achteraan in de klas was, met een mandje vol puppy's.

Alle kinderen kregen een puppy mee naar huis. Het hondje hoort bij het woorddoosje. De groene letterkaartjes passen precies op de vakjes van het hondkaartje. Het kleine hondje mag gerust thuisblijven want in de klas zullen we het niet gebruiken.

Mag ik wel vragen om het woorddoosje dagelijks in de boekentas te laten zitten. Heel wat kinderen konden niet mee-oefenen omdat het doosje thuis lag.

In de klas gebruikten we Fifi al een paar keer. Natuurlijk kennen we nu nog niet zoveel letters waardoor het gebruik nog beperkt is.

Het is een goed middel om de letters extra te oefenen en om te komen tot lezen van nieuwe woorden met gekende letters.
Bij de kop, de buik en de staart van Fifi wordt een gevraagde letter gelegd.
Dan wordt via zoemen (of hakken en plakken) het bekomen woord gelezen. Je kan dan een letter wegdoen en een andere toevoegen om zo weer tot een ander woord te komen.

We oefenden eerst aan het bord.

Daarna maakten we sik.

We doen het kopje weg en leggen de letter m in de plaats, zo maken we mik.

We doen de staart weg, en leggen de letter s in de plaats. Zo maken we mis.

Mis zonder m is is.

Als we de k bij de kop leggen, krijgen we kis.

Als we de s wegdoen en we leggen de letter m in de plaats, hebben we kim.